Navigatie:
Gelezen. Laat iemand het zoute zeewater proeven en het zal brak en onsmakelijk zijn. Maar laat het door de zon condenseren en in de wolken worden opgenomen, dan is het zoet en fris. Zo is het ook in dit geval. Kijk naar uw tegenspoeden, zoals deze zich langs de zeekust van deze wereld voortbewegen. Neem deze als verdienste voor mijn zonden en dan zijn zij zout en onsmakelijk. Maar zie [op die tegenspoeden] door het geloof als zijnde afkomstig uit Gods hand in Zijn speciale gunst en dan zullen die u veel vreugde en troost opleveren.
- John Cotton, De weg ten leven. Gods weg en wijze om de ziel te brengen en te houden en voort te laten gaan op de weg van leven en vrede (Apeldoorn: De Banier, 2022), p. 556
Vanuit Pastorie Zeezicht. Het is nu maandagochtend en boven een onstuimige zee zie ik een prachtige heldere regenboog staan. Behalve dat zo’n regenboog op zichzelf al een lust voor het oog is, weten we uit de Bijbel dat hij ons gegeven is als een teken van Gods onwrikbare trouw.
Het is opmerkelijk dat een regenboog uitsluitend verschijnt bij slecht weer. Als de regen niet valt, wordt het zonlicht niet gebroken. In het zielenleven is het vaak net zo. De Heere laat doorgaans het meest van Zich merken op de momenten waarop je dat het meest nodig hebt. Als het zorgen regent. Als tegenspoed of zonden je als een scherpe koude wind om de oren slaan.
Het doet me denken aan de dankdag. Voor mij zou dat een dag van tegenspoed worden. Maar daar wist ik ’s ochtends nog niets van. Voor mijn vertrek naar een kerkelijke gemeente ergens onder Rotterdam haalde ik ’s ochtends mijn telefoon nog even op bij de Digros, want die had ik daar de vorige avond laten slingeren. De bakker zag me in driedelig zwart lopen en vroeg waar ik preken moest. Dat bleek een eindje uit de buurt te zijn. ‘Hier, voor onderweg’, zegt ze, en ze drukte me een paar krentenbollen in de handen. Die krentenbollen waren voor mij toen als een regenboog: een vriendelijk gebaar… vlak voordat de tegenspoed kwam. Want ter hoogte van afslag Valkenburg hoorde ik iets over het dak van de auto schuren en zag ik een ogenblik later in mijn achteruitkijkspiegel als een manke zwarte vogel mijn portemonnee vliegen. Ik besefte meteen hoe dom ik was geweest: ik had het ding op het dak van de auto laten liggen en ben toen weggereden! Het zweet brak me uit. Ondertussen keken de krentenbollen op de bijrijdersstoel me vriendelijk en rustig aan. Als twee kleine relativerende regenboogjes. (Overigens is een meneer van wegbeheer zo ongelofelijk vriendelijk geweest dat hij mijn platgereden portemonnee heeft opgespoord en hem bij de pastorie is komen afleveren. Dus ook weer een regenboog na afloop!)
Maar nu werd mij gisteravond na de avonddienst in Langbroek een complete taart in de handen gedrukt. ‘Voor uw vrouw en kinderen’, zegt die man. ‘U bent toch een heel tijdje van huis zo.’ Dus toen lag die taart mij aan te kijken vanaf de bijrijdersstoel. Als een regenboog, teken van komende rampspoed? Ik heb mijn hart vastgehouden! Maar uiteindelijk kwam ik veilig thuis. Mét portemonnee.
Een hartelijke groet vanaf de wurref, ook namens mijn vrouw en de gasten, uw
Andere meditaties
Ik heb hen laten delen in de grootheid die u mij gegeven hebt, opdat zij één zijn zoals wij: ik in hen en u in mij. Dan zullen zij volkomen één zijn en zal de wereld begrijpen dat u mij hebt gezonden, en dat u hen liefhad zoals u mij liefhad.
©2024 Hervormde Gemeente Katwijk aan Zee
Disclaimer Colofon Privacy & cookies
Webontwikkeling: 2nd Chapter